Fotodetective

Kent u het boek ‘De fotodetective’ van Hans Aarsman? Nee? Lees het dan vooral, want het is zeer de moeite waard als u van fotografie houdt. Hans Aarsman is fotograaf. Althans dat was hij, want in 2004 stopte hij met het maken van foto’s. Hij schrijft nu over fotografie en noemt zich fotodetective. Hij vergelijkt zichzelf met de grote fictieve speurder Sherlock Holmes, een creatie van Arthur Conan Doyle. Kijk, dat spreekt mij dan weer aan, want ‘Elementary my dear’, ik ben zelf ook een grote fan van deze ‘supersleuth’. Hans Aarsman kijkt nu vooral naar foto’s en vooral dan naar details. Wat gebeurt er? Wat is er te zien? Of liever, wat is er juist niet te zien? Aarsman beschouwt een foto als een verzameling feiten die in één beeld is samengebracht. Dat hoeft dus zeker geen prachtig plaatje te zijn. Heel mooi blijkt dat uit het motto van het boek: ‘There is nothing as unnatural as the commonplace’.
Het gaat Aarsman net als Holmes om het observeren. En het verschil tussen observeren en kijken. Een foto wordt vaak interessant door het verhaal erachter. Je moet dat verhaal dus weten. Een fotodetective moet dus ook veel weten. Anders kan hij niet vaststellen of wat hij ziet, rijmt met wat hij weet. Kijk, dat spreekt mij dan weer aan. Zelf weet ik ook nogal veel. Dat klinkt verwaand, maar mensen die mij kennen weten dat ik erg bescheiden ben. Behalve als er Triviant wordt gespeeld. Een waarschuwing, speel dat niet met mij. De meest gekke, onzinnige onderwerpen boeien mij mateloos. Ik win dus (bijna) altijd. Maar goed, terug naar de fotografie. Ik besloot om zelf ook fotodetective te worden. Ik nam een foto uit de collectie van het Maritiem Museum en projecteerde daar de ideeën van Aarsman overheen. De foto die ik koos, was niet zonder reden. Ik ben er al een tijdje mee bezig omdat ie misschien te zien is in een tentoonstelling waaraan ik nu werk. De foto toont twee mannen in een ruimte. Ze zitten er nogal onderuitgezakt bij. Aan de muur hangen pin-ups. Er staat een stereo-apparaat op een tafel. Aan de ene kant daarvan staan wat dozen, aan de andere kant ligt een stapeltje handdoeken. Wat gebeurt hier? Nu moet u weten dat de mannen Filipijnse zeelieden zijn die zich ontspannen aan boord in hun scheepshut. Een man bekijkt een CD-hoesje. Kennelijk luisteren de mannen naar muziek uit de stereo. Wat valt er op? De twee lijken geen oog te hebben voor de naakte dames op de foto’s aan de wand. Toch is er iets wat hen opwindt. Althans een van hen. Kijk maar eens naar de man rechts en de bult die zich heeft gevormd in zijn broek.
Hans Aarsman schrijft erover. Mensen zijn net hondjes, zodra ze een soortgenoot ontdekken, gaat hun blik meteen in de richting van die ander. Staat een mens op een foto, dan wordt die mens automatisch het onderwerp van de foto, de rest wordt omgeving. Niet alles wat in beeld verschijnt, heeft evenveel waarde. Er valt nog heel wat te ontdekken.

Bron: Hans Aarsman, De fotodetective. Uitg. Podium, 2012.